Superclusters
Al heel lang weten de sterrenkundigen dat
sterrenstelsels in
groepen voorkomen. Dergelijke groepen sterrenstelsels worden
clusters genoemd. De bekendste cluster is de
Lokale Groep.
waartoe ook ons
Melkwegstelsel behoort. De Lokale Groep telt
enkele tientallen leden waarvan het Melkwegstelsel net niet
het grootste stelsel is. Ze neemt wel een goede tweede plaats
in. De «grote broer» van ons Melkwegstelsel is de
Andromedanevel (ook wel aangeduid als M 31 of NGC 224) die op een
afstand staat van 2,2 miljoen
lichtjaar. De Andromedanevel
lijkt heel veel op ons Melkwegstelsel, maar ze is een slag
groter en telt minstens anderhalf keer zoveel sterren.
Nog niet zo heel lang geleden zijn in het heelal super
clusters ontdekt. Dat zijn langgerekte slierten van vele
miljoenen sterrenstelsels. Zelf bestaan die weer uit kleinere
clusters en groepen. Superclusters zijn de grootste structuren
die in het heelal voorkomen. De grootste superclusters hebben
een lengte van meer dan een half miljard lichtjaar. Nog
grotere structuren kunnen niet voorkomen, omdat het heelal
daarvoor niet lang genoeg bestaat. Er is gewoon nog niet vol
doende tijd verstreken voor de vorming van «megaclusters».
De Lokale Groep, en dus ook het Melkwegstelsel, maakt deel
uit van zo'n supercluster. We bevinden ons in een langgerekte
supercluster die door de astronomen de
Lokale Supercluster wordt genoemd. De tienduizenden sterrenstelsels in de Lokale
Supercluster vormen de directe woonomgeving van ons Melkweg
stelsel en staat naar astronomische maatstaven betrekkelijk
dichtbij. Toch vormt de Lokale Supercluster slechts een
onbetekenend stukje van het ingewikkelde kosmische web van
sterrenstelsels. Aan één kant van de Lokale Supercluster
bevindt zich een geweldige concentratie van sterrenstelsels
met een doorsnede van driehonderd miljoen lichtjaar. Deze
supercluster wordt de
Grote Aantrekker genoemd. Een hele
toepasselijke naam, want door de aantrekkingskracht van de
Grote Aantrekker worden de leden van de Lokale Supercluster
in één bepaalde richting getrokken. Alle stelsels bewegen
met een snelheid van duizend kilometer per seconde in de
richting van het sterrenbeeld Centaurus. De massa van de
Grote Aantrekker is even groot als de massa van een half
miljoen sterrenstelsels. De afstand tot de Grote Aantrekker
bedraagt zo'n 150 miljoen lichtjaar. Sterrenstelsels aan de
andere kant van de Grote Aantrekker, bewegen juist in
tegenovergestelde richting.
In tegenovergestelde richting van de Grote Aantrekker staat
een andere supercluster. Dat is de
Perseus-Piscus-super
cluster die een totale lengte heeft van ongeveer een half
miljard lichtjaar! Tussen die geweldenaren is de Lokale
Supercluster slechts een onopvallende structuur.
De kern van de Lokale Supercluster wordt gevormd door de
Virgocluster, op een kleine zestigmiljoen lichtjaar afstand
van de Lokale Groep. De Virgocluster bestaat uit enkele
duizenden sterrenstelsels, waarvan het elliptische stelsel
M 87 de grootste is. Bovendien staan de stelsels in deze
grote cluster gemiddeld veel dichter bij elkaar dan die aan
de randen van de Lokale Supercluster. Die randen worden
gevormd door verschillende kleinere clusters en groepen
van sterrenstelsels, die allemaal genoemd zijn naar het
sterrenbeeld waarin ze, gezien vanaf de aarde, staan: de
Ursa Major-cluster, de Coma-cluster, de Centaurus-cluster,
de Hercules-cluster, de Sculptor-cluster, enzovoort.